Breipatroon V-halstrui
Het volgende patroon is voor een diepe V-halstrui voor dames. Het niveau ligt behoorlijk hoog, neem alles eerst goed door.
Deze prachtige trui wordt gebreid in de tricotsteek, als je deze nog niet kent neem dan een kijkje bij onze instructies.
Helaas is er geen foto van een compleet werkje beschikbaar. Maar met het breipatroon v-halstrui en de teltekening moet het zeker lukken om deze trui te breien.
Niveau: Gevorderd.
Model: Dames.
Maten: Small (Medium – Large)
Garen: 760 (815 – 870) gram katoen.
Breinaalden: 2 breinaalden van 3 en 3,5 mm; een maasnaald.
Stekenproef: 22 st en 29 nld in tricotsteek met nld 3,5 zijn 10 cm.
Afmeting:
- Bovenwijdte: 110 (118 – 126) cm
- Lengte: 70 cm
- Binnenmouwlengte: 45 cm
Gebruikte steken:
- Boordpatroon 2
- Tricotsteek
Werkwijze: Brei de trui volgens de beschrijving. De boord van de V-hals wordt los gebreid en later vastgenaaid.
Rugpand:
Zet 122 (130 – 138) jst op met nld 3. Brei in boordpatroon 2. Brei de eerst nld met de volgende indeling: 1 kantst, 1 av, * 2 r, 2 av, herhaal van * af, eindig met 2 r, 1 av, 1 kantst. Brei met deze indeling tot een boordhoogte van 3cm, eindig met een heengaande nld. Brei de teruggaande nld av en meerder hierin verdeeld 1 (2 – 2) st. Brei met de verkregen 123 (132 – 140) st en nld 3,5 verder in tricotsteek. Brei tot een totale hoogte van 41 (40 – 39) cm. Kant nu aan weerskanten 3 st af voor het armsgat, vervolgens in de 2e nld nog 1 keer 2 st afkanten. Brei met de overige 113 (122 – 130) st tot een armsgathoogte van 27 (28 – 29) cm. Kant nu aan weerskanten voor de schouders, elke 2e nld: voor small 2 keer 13 en 1 keer 12; voor medium 1 keer 13, 1 keer 14 en 1 keer 15; voor large 3 keer 15 st af. Neem de overige 37 (38 – 40) st op een hulpdraad voor de rughals.
Voorpand:
Brei dit op dezelfde manier als het rugpand tot een totale hoogte van 20 cm. Deel nu het werk in twee gelijke delen voor het begin van de V-hals. Brei daarvoor bij de small de middelste 2 st samen. Brei eerst het rechterdeel (linkerschouder). Minder daarbij aan de V-halskant 25 (25 – 24) keer elke 4e nld en 16 (16 – 18) keer elke 2e nld 1 st door voor de kantst 2 st samen te breien. Vorm op gelijke hoogte en op dezelfde manier aan de rechterkant het armsgat. Kant tegelijkertijd bij een totale hoogte van 68 cm voor de schouder, elke 2e nld: voor small 1 keer 8 en 1 keer 7; voor medium 2 keer 10; voor large 1 keer 12 en 1 keer 11 st af. Brei het andere deel in spiegelbeeld, maar maak nu de minderingen voor de V-hals door na de kantst een overhaling te maken.
Mouwen:
Zet 54 st op met nld 3. Brei in boordpatroon 2 als bij de panden tot een boordhoogte van 3 cm, eindig met een heengaande nld. Brei de teruggaande nld av en meerder hierin verdeeld 8 (10 – 12) st. Brei met de berkregen 62 (64 – 66) st en nld 3,5 verder in tricotsteek. Meerder daarbij aan weerskanten: 25 (26 – 27) keer elke 4e nld en 2 (1 – 2) keer elke 6e (2e – 2e) nld 1 st. Brei met de verkregen 116 (120 – 124) st tot een totale hoogte van 45 cm of brei tot de gewenste binnenmouwlengte. Kant nu aan weerskanten voor de mouwkop elke 2e nld: 1 keer 3, 1 keer 3, 4 keer 5, 1 keer 7 en 1 keer 8 st af. Kant de overige 32 (36 – 40) st in één keer af.
V-hals:
Langs de linkerkant is rechts als je de trui aanhebt. Zet 3 st op met nld 3,5 en brei in boordpatroon 2. Brei de eerste nld (achterkant) als volgt: 1 kantst, 2 r. Meerder aan de rechterkant, op de goede kant, als volgt: 7 keer elke 2e nld 2 st en daarna 4 keer elke 2e nld 3 st door deze st erbij op te zetten. Brei de gemeerderde st mee in patroon. De kantst wordt gebruikt voor het vastnaaien. Brei met de verkregen 29 st verder in boordpatroon 2 tot een boordhoogte van 49 cm, eindig met een teruggaande nld. Volgende heengaande nld: brei 15 st, keer, brei terug over de 15 st, keer. Brei nu nog 1 nld over alle 29 st. Kant de st in patroon af. Brei de bies langs de rechterkant in spiegelbeeld.
Afwerking:
Leg de delen op maat onder een vochtige doek en laat ze drogen. Naai de bies langs de V-hals, gebruik hiervoor de kantst. Sluit de schoudernaden. Neem de st van de rughals op nld 3,5 en zet er aan weerskanten 5 st bij op. Brei over de verkregen 47 (48 – 50) st 1 nld av tricotsteek, = ribbeltje op de goede kant. Brei verder in tricotsteek tot een hoogte van 2,5 cm voor het halsbeleg. Kant de st af. Vouw het beleg naar binnen om en zet het onzichtbaar vast. Sluit de mouw- en zijnaden. Naai de mouwen in de armsgaten.