Breipatroon Lichtblauwe Trui
Het volgende breipatroon is voor een lichtblauwe trui voor dames. Het niveau ligt behoorlijk hoog, neem alles goed door voor je begint aan dit breiwerk.
Niveau: Gevorderd.
Model: Dames.
Maten: Extra Small (Small – Medium)
Garen: 500 (525 – 550) gram lichtblauwe sportwol.
Afmeting:
- Bovenwijdte: 104 (109 – 114)
- Lengte: 63 (64 -65)
- Binnenmouwlengte: 41 (42 – 43)
Breinaalden: 2 breinaalden van 3 en 3,5 mm met knop. 4 breinaalden 3 mm zonder knop.
Gebruikte steken:
- Boordpatroon 1
- Tricotsteek
Stekenproef: 23 st en 30 nld in de tricotsteek met nld 3,5 zijn 10 cm.
Rugpand:
Zet 102 (106 – 110) st op met nld 3. Brei 8 cm in boordpatroon 1. Brei verder met nld 3,5 in de tricotsteek en meerder daarbij in de eerste nld verdeeld 19 (21-23) st. Brei met de verkregen 121 (127-133) st tot een totale hoogte van 38 cm. Kant aan weerskanten voor de armsgaten elke 2e nld: 1 keer 5, 1 keer 3, 1 keer 2 en 1 keer 1 st af. Brei met de overige 99 (105-111) st verder tot een armsgathoogte van 23 (24-25) cm. Neem de middelste 17 (19-21) st voor de hals op een hulpnaald. Brei beide delen apart verder. Kant daarbij aan de zijkant voor de schouder, elke 2e naald: 1 keer 11 en 2 keer 10 (11-12) st af. Neem tegelijkertijd aan de halskant elke 2e nld: 2 keer 5 st bij de st voor de hals op de hulpnaald. Brei de andere schouder in spiegelbeeld.
Voorpand:
Brei dit als het rugpand tot een armsgathoogte van 17 (18-19) cm. Neem de middelste 15 (17-19) stt voor de hals op een hulpnaald. Brei de beide delen apart verder en neem daarbij aan de halskant, elke 2e nld: 1 keer 4, 1 keer 3, 1 keer 2 en 2 keer 1 st bij de st op de hulpnaald. Vorm de schouder op gelijke hoogte en manier als bij het rugpand staat beschreven. Brei het andere deel in spiegelbeeld.
Mouwen:
Zet 46 (48-50) st op met nld 3. Brei 8 cm in boordpatroon 1. Ga verder met nld 3,5 in de tricotsteek en meerder daarbij in de eerste nld verdeeld 25 st. Brei met de verkregen 71 (73-75) st verder. Meerder daarbij aan weerskanten: 10 (9-8) keer elke 8e nld en daarna 2 (4-6) keer elke 6e nld 1 st. Brei met de verkregen 95 (99-103) st tot een totale hoogte 41 (42-43) cm, of brei tot de gewenste binnenmouwlengte. Kant daarna aan weerskanten voor de mouwkop, elke 2e nld: 1 keer 5, 2 keer 3, 8 keer 2, 2 keer 3 (3-4) en 2 keer 4 (5-6) st af. Kant de overige 13 st af.
Afwerking:
Leg de delen op maat onder een vochtige doek en laat ze drogen. Sluit de schoudernaden. Neem rond de hals, verdeeld over 3 breinld 3 zonder knop, 100 (104-108) st inclusief de st van de hulpnld op. Brei met de 4e nld in het rond in boordpatroon 1. Kant na 3 cm de st losjes in patroon af. Sluit de mouw en zijnaden. Naai de mouwen in de armsgaten, het midden van de mouw komt tegen de schoudernaad.